Bestrijding van de distel

Stop de heksenjacht op de distel!

De Raad van State heeft onlangs het besluit van de provincie Antwerpen over distelbestrijding vernietigd. Natuurpunt heeft dit reglement aangevochten dat de bestrijding van vier soorten akkerdistels verplicht maakt voor alle terreineigenaars, en dus ook voor natuurgebieden.

De regelgeving baseerde zich tot nu toe op federale wetgeving die echter na de derde staatshervorming een gewestelijke bevoegdheid werd. Gemeenten en provincies die momenteel distelsancties opleggen hebben hiermee geen rechtsgrond meer omwille van een bevoegdheidsoverschrijding.

Dit wil niet zeggen dat er geen distel meer mag verdwijnen. In een wetenschappelijk standpunt van het Instituut voor Natuurbehoud (INBO) is er aandacht voor goed nabuurschap en een hoffelijkheidscode voor akkerdistel. Van de te bestrijden distels kan de akkerdistel in sommige gevallen hinderlijk genoeg zijn om bestrijding te rechtvaardigen.
Dit gaat dan voornamelijk over akkerdistelhaarden in de buurt van landbouwpercelen en tuinen. Onderzoek heeft uitgewezen dat het overgrote deel van de zaden in een cirkel van 20 tot 40 meter rond de distelhaard valt. Van problemen op grotere afstanden lijkt dus geen sprake. In lokale natuurgebieden kan het probleem efficiënt worden aangepakt via overleg met boeren en bewoners, met respect voor de natuur.

Ecologisch advies

De wetgeving rond distelbestrijding dateert uit de 19de eeuw, landbouwers kwamen met blote handen en voeten in contact met paardenmest. Hierdoor riskeerden ze om tetanus op te lopen, wanneer de stekels wondjes veroorzaakten tijdens het werk.

Met de mechanisering van de landbouw is dat risico verdwenen en bijgevolg is de wetgeving rond distelbestrijding achterhaald. De distelbestrijding was van toepassing op vier soorten distels, akkerdistel (Cirsium arvense Scop.), speerdistel (Cirsium lanceolatum Hill.), kale jonker (Cirsium palustre Scop.) en kruldistel (Carduus crispus L.), waarvan dus alleen akkerdistel in sommige gevallen effectief hinderlijk is.
Bovendien komen er in Vlaanderen 25 soorten distels en distelachtigen voor, waardoor er op het terrein vaak veel verwarring ontstaat welke planten nu net bestreden moeten worden.

Distels zijn bovendien vaak een interessante nectarplant voor bijen en vlinders. Daarnaast wordt bij bestrijding vaak gebruik gemaakt van schadelijke, chemische bestrijdingsmiddelen.

Distels zijn pioniers die voedselrijke, verstoorde bodems verkiezen en verdwijnen op termijn wanneer de bodem dicht groeit met andere kruiden. Bespuiten met onkruidverdelger of verwijderen heeft vaak weinig zin. Wanneer bij het maaien en afvoeren gezorgd wordt voor zo weinig mogelijk bodemverstoring verdwijnen de distels op termijn vanzelf.

Distels zijn echter schitterende planten. Ze zijn ook nuttig want het zijn planten die nuttige insecten zoals bijen en vlinders aantrekken en voeden.
Toch zijn sommige soorten een hardnekkige ongewenste plant. Daarom is het bij wet verplicht om schadelijke distels op te ruimen. (wet van 2 april 1971 betreffende de bestrijding van voor planten en plantaardige producten schadelijke organismen).

Regelgeving

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK VIIe KAMER A R R E S T nr. 237.590 van 9 maart 2017 in de zaak A. 218.978/VII-39.645. De Raad van State vernietigt het besluit van de provincie Antwerpen over distelbestrijding. Natuurpunt heeft dit reglement aangevochten dat de bestrijding van vier soorten akkerdistels verplicht maakt voor alle terreineigenaars, en dus ook voor natuurgebieden.